Afgelopen dinsdag vond het benefietdiner plaats, georganiseerd door de Illegala. Iedereen die deelnam aan het diner steunde hiermee het project ‘Feed the Barrios’, mede opgericht door oud-bestuurslid Mees Liedekerken. De Alibi interviewde hem over het project en over zijn ervaringen in Colombia.
Zou je jezelf even willen voorstellen?
Ik ben Mees en ik heb in 2019 de bachelor Criminologie afgerond. In 2017-2018 heb ik bestuur gedaan bij CoDe en toen was ik de Voorzitter. Dat was super leuk, daar heb ik wel de meeste vriendschappen in Leiden uitgehaald. Daarna ben ik naar Colombia gegaan met het plan om daar Spaans te leren, rond te reizen en een stage te gaan doen in Peru, in een jeugdgevangenis. Die stage ging niet door, want dan moest ik zonder begeleiding met gevangenen werken en dat leek me geen goed idee. Toen kwam ik naar Medellín om Spaans te leren en daarna wilde ik eigenlijk niet meer weg. Via via kwam ik vervolgens bij het project waar ik nu aan werk.
Waarom heb je destijds gekozen voor een bestuursjaar?
Vooral omdat de sfeer binnen CoDe me heel erg aansprak. Ik zat in mijn eerste jaar bij Augustinus, maar dat klikte toch niet helemaal en dat had ik bij CoDe juist wel heel erg. Misschien omdat het bij CoDe niet alleen maar gaat over sociale contacten en feesten, maar een combinatie van studiegerichte activiteiten en drankjes doen met de mensen die dezelfde interesses hebben. Daarnaast ben ik in vriendengroepen altijd de persoon die alles wilt organiseren en regelen. Daarom leek het me ook leuk om een bestuursjaar te gaan doen.
Wat houdt het benefietdiner precies in en wanneer is het?
Dit jaar was het benefietdiner op dinsdag 16 maart om 19:00 uur online. Er werd eten besteld bij een restaurant en mensen konden dan nog een bepaald bedrag bovenop de kostprijs van het eten aan het goede doel doneren.
Waar gaan de opbrengsten naartoe? Ofwel, wat houdt het project in?
Het project heet ‘Feed The Barrios’, waarbij we op een transparante en efficiënte manier proberen om voedselhulp te bieden aan de mensen in Medellín die dat nodig hebben. Er zijn heel veel wijken in die stad die de mensen zelf hebben opgebouwd en die niet worden erkend door de overheid. In Medellín wonen zo’n drie miljoen mensen, waarvan zo’n 80.000 mensen in dat soort informele wijken. Hier zijn dus geen hulpprogramma’s of sociaal werk en er wordt niet in geïnvesteerd door de overheid. Al die mensen hebben geen sociale buffer of spaargeld. Als zij op een dag niks kunnen verdienen, betekent dat gelijk dat zij die dag niet kunnen eten en geen plek hebben om te slapen, want velen van hen wonen in grote gebouwen waar ze per dag voor een kamer moeten betalen. Dat zijn de mensen aan wie we voedselpakketten geven. We identificeren ze door samenwerkingen aan te gaan met sociale leiders. Dit zijn per wijk een aantal mannen en vrouwen die weten welke families wat nodig hebben. Op dit moment hebben we een aantal campagnes gevoerd in de VS samen met een andere bevriende stichting en met die donaties zijn we nu voedselhulp aan het bieden. Voor de toekomst zijn we steeds meer de focus aan het verleggen naar onderwijs. We hebben laatst via Facebook honderd tablets weten op te halen en die kunnen we aan stichtingen doneren, zodat de kinderen die wel online klassen krijgen, ook daadwerkelijk iets hebben waarmee zij die lessen kunnen volgen. Heel veel families hebben namelijk maar één telefoontje in huis of hebben geen internet, dus dan hebben online lessen geen nut.
Hetgeen ons project uniek maakt, is het feit dat bij ons 97% van de opbrengsten aan voedsel wordt gedoneerd. Dit komt doordat ik dit project zelf zie als een voorbereiding op mijn master, dus ik verdien er geen salaris mee. Daarnaast hebben we verschillende samenwerkingen met bijvoorbeeld een groothandel hier in Medellín, want die gelooft in het werk dat wij doen. Zij rekenen daarom geen kosten voor het inpakken en versturen van de pakketten. De overige 3% gaat voor 2.7% naar GoFundMe, de website voor crowdfunding en voor 0.3% naar de bank om de internationale geldstroom waar te maken. Ter vergelijking: bij Unicef gaat slechts 62% van het geld daadwerkelijk naar voedsel. De overige 38% wordt besteed aan logistieke kosten en marketing bijvoorbeeld.
Hoe ben je bij dit project terecht gekomen en waarom wilde je hier graag aan meedoen?
Dat is wel grappig. Ik had tijdens de lockdown vorig jaar niks te doen, want ik had me net ingeschreven voor mijn master, maar daar moest ik nog voor worden toegelaten. Toen zag ik een video van een vrouw uit Nederland die ook in Medellín woont en die arme wijken aan het helpen was met een soort crisishulp. Er stonden contactgegevens bij, dus ik heb haar benaderd en ben in eerste instantie met haar gaan samenwerken. Zij heeft mij weer geïntroduceerd aan Steve, een Amerikaanse man die nu mijn projectpartner is. Hij is uiteindelijk met het idee gekomen om dit project op te starten en heeft daar ook een deel eigen vermogen in geïnvesteerd, zodat we dit systeem konden gaan opzetten zonder dat we hiervoor donaties hoefden te gebruiken. Bij donaties moet alles al wel vloeiend lopen namelijk, want mensen willen wel zien dat hun geld goed gebruikt wordt.
Hoe is het project tot stand gekomen?
Steve doet vooral de fundraising bij zijn vrienden, want aan die donaties zitten wat minder eisen en daarnaast werkt hij aan een Facebookpagina voor het project. Steve spreekt geen Spaans maar ik wel, dus kon ik daarom in Medellín de samenwerkingen met de politie, noodhulpdiensten, sociale leiders en groothandels aangaan. Op die manier hebben we de structuur kunnen opzetten waarmee we die 97% kunnen behalen.
Hoe bevalt je tijd in Colombia tot nu toe?
Toen ik net Colombia binnenkwam was het puur en alleen om Spaans te leren. Colombia heeft ook wel de beruchtheid dat het gevaarlijk is. Ze zeiden het enige risico is dat je nooit meer weg wilt uit Colombia. En dat is bij mij zeker van toepassing, ik wil helemaal niet meer weg. De mensen zijn hier echt geweldig.
Qua Corona is het hier wel lang op slot geweest, maar nu draait de hele maatschappij hier weer. Alles is gewoon open. Het lijkt alsof de besmettelijke varianten hier nog niet zijn. De cijfers gaan nog altijd omlaag.
Wat vind je tot nu toe het leukste aan je tijd in daar?
Ik denk de Colombianen zelf. Dat zijn echt geweldige mensen. Zij hebben zo’n heftige en gewelddadige geschiedenis van de afgelopen 50 jaar. Er zijn 3 grote gewapende conflicten geweest tussen allerlei instanties en groepen. Terwijl de mensen zoveel moeilijke dingen te verwerken hebben en er nog problemen zijn in de maatschappij, zijn ze nog steeds zo opgewekt en hebben ze nog steeds zin in het leven. Dat is wel echt bewonderenswaardig.
Om daarnaast de vergelijking met Nederland te trekken: ik heb in Nederland vaak het gevoel dat mensen vooral focussen op de hokjes waar men in zit. Alles wat iemand zegt moet interessant zijn, de manier waarop je kleed moet gepast zijn en ga zo maar door. Al die dingen zijn in Colombia veel minder aan de orde.
Is er iets wat je nog aan de lezers zou willen meegeven of iets waar we het nog niet over hebben gehad, maar wel leuk is om nog te vertellen?
Wat ik zelf heb gemerkt, was dat ik het best wel een grote stap vond om voor zo’n lange tijd naar een land te gaan waar ik niemand kende. Dat vond ik best eng, maar ik heb het toch gedaan en dat is uiteindelijk een van de beste keuzes gebleken die ik in mijn leven heb gemaakt. Ik hoop daarom dat mensen met zo’n mogelijkheid op hun pad, deze ook daadwerkelijk aangrijpen, want de wereld is echt groter dan Nederland en is vooral niet eng. Een andere levenswijze leren kennen is iets heel gaafs. Krijg je dus ooit een keer die kans, grijp hem dan met beide handen aan.
Een aantal video’s voor meer info:
https://www.youtube.com/watch?v=XY-YmEFqW80
https://www.youtube.com/watch?v=DqZmVe7USJ0&t=9s
https://drive.google.com/file/d/1nbeY-YdWS7-nGCIbt9ou-IVPh61tbhvG/view?usp=sharing